Tijn Touber: De afdeling van het Hawaii State hospital waar de zwaarste psychiatrische patiënten zaten opgesloten, was levensgevaarlijk. Zo gevaarlijk zelfs, dat artsen er met hun rug tegen de muur door de gangen liepen, uit angst om van achteren te worden aangevallen. Alle isoleercellen zaten permanent vol, verschillende patiënten waren aan enkels en polsen geketend en vrijwel niemand kreeg ooit bezoek, omdat familieleden niet durfden te komen.
Onder het personeel was het ziekteverzuim hoog. Sommige artsen gaven er na een maand op de afdeling al de brui aan. de situatie was tamelijk hopeloos. Totdat Ihaleakala Hew Len ten tonele verscheen.
Len betrok een kamertje naast de psychiatrische afdeling en kreeg toegang tot alle dossiers van de patiënten. Elke dag zat hij met die dossiers op schoot, las ze, leefde zich in en ‘wiste de storende herinneringen uit’. Het klinkt ongelooflijk, maar toen Len na drie jaar klaar was met zijn ‘behandelingen’, werd de psychiatrische afdeling gesloten, omdat de hoeveelheid personeel niet meer in verhouding stond tot het aantal patiënten. De isoleercellen waren niet meer in gebruik, niemand zat nog geketend en familieleden kwamen regelmatig op bezoek. Geen arts werd meer aangevallen, het ziekteverzuim was opgelost en de meeste patiënten participeerden actief in hun eigen zorg- en reintegratie programma.
Een wonder? Volgens Len niet. Het enige wat hij had gedaan, was een oeroude Hawaïaanse geneesmethode toepassen die Ho’oponopono wordt genoemd. Letterlijk betekent Ho’oponopono ‘rechtzetten’ of ‘een fout corrigeren’. Volgens de oude Hawaiianen ontstaan ziekten, kwalen en problemen wanneer mensen vast komen te zitten in storende ‘herinneringen’. deze herinneringen zijn een soort informatiegroeven die we steeds opnieuw activeren door erin te geloven. Zodra we in zo’n groef terechtkomen, krijgen we alle negatieve emoties die bij dat specifieke informatieveld horen er gratis bij.
Wanneer die herinnering – die informatie – wordt opgespoord en bewust wordt toegelaten, kan de negatieve energie die eromheen hangt zich ontladen. Zodra de lading eraf is, kan de patiënt uit de groef stappen en de herinnering loslaten. De kwaal geneest dan vanzelf. Het lijkt onwaarschijnlijk, maar Len vertelt erover alsof het de normaalste zaak van de wereld is. ‘Genezing,’ zegt hij terwijl hij zijn honkbalpetje rechtzet, ‘is niets anders dan het wissen van storende herinneringen. En omdat ik weet hoe je deze patronen kunt wissen, heb ik mij ten doel gesteld om dat overal en altijd te doen. Daarvoor hoef ik geen patiënt te zien. door me open te stellen voor de informatie en die af te voeren, lossen problemen vanzelf op.’
Volgens Len is het enige wat nodig is om storende informatie uit te wissen, een mens die honderd procent beschikbaar is om die informatie volledig te ontvangen. ‘Omdat vrijwel niemand hiervoor verantwoordelijkheid neemt,’ zegt hij, ‘houden we deze herinneringen in stand. Sterker nog: ze worden alleen maar heftiger. Hoe meer we iets wegdrukken of ontkennen, hoe meer de lading rondom dat bepaalde patroon zich opbouwt.’
Om ladingen rondom oude patronen te wissen, heeft len een eenvoudig ritueel: ‘Ik begin met me open te stellen voor de lading die er om iemand heen hangt. Ik zeg dan in gedachten: “Ik hou van je”, waardoor ik me helemaal met die persoon en de lading verbind. Vervolgens zeg ik: “Vergeef me alsjeblieft voor deze informatie, voor deze herinnering. Het spijt me zeer.” Ik doe dat omdat ik het daarmee tot mijn probleem maak. Ho’oponopono gaat er namelijk van uit dat alles en iedereen met elkaar is verbonden en dat iedereen daarom verantwoordelijk is voor het welzijn van alle andere levende wezens. Ik zie problemen dan ook niet als persoonlijk. Jouw probleem is mijn probleem.’
De volgende stap is dat Len die herinnering dan binnen zichzelf oplost door hem weg te geven aan de Bron: ‘Wanneer informatie wordt teruggegeven aan de Bron, wordt die vanzelf geneutraliseerd, gewist. God werkt als een deleteknop. Het is de resetknop van het universum, waardoor alles weer wordt teruggebracht in de fabrieksstand, de oertoestand.’
Dit klinkt misschien wel erg zweverig, maar plotseling bedenk ik dat – als het waar is wat Len zegt – dit wel eens de verklaring zou kunnen zijn voor de wonderen die mensen als Jezus zouden hebben verricht, zoals miraculeuze genezingen en het herrijzen uit de dood. Ook Jezus nam de ‘zonden van de mensheid’ liefdevol in zich op, nam er volledig verantwoordelijkheid voor door ‘mens onder de mensen’ te zijn en er zelfs voor te sterven. Ook Jezus gaf die zonden vervolgens terug door de Vader om vergeving te vragen. Had Jezus tweeduizend jaar geleden de deleteknop al gevonden?
Terwijl ik hierover nadenk, merk ik dat Len mij van onder zijn honkbalpetje indringend aankijkt. ‘Heb jij soms geldzorgen?’ vraagt hij dan. Dat is inderdaad zo. ‘Kijk,’ zegt hij streng, ‘dat hangt nu om je heen. En omdat jij geen verantwoordelijkheid neemt om dat op te lossen, moet ik het doen. Snap je?’
Eigenlijk is Len een soort vuilnisman die voortdurend de energetische rotzooi van anderen loopt op te ruimen. Volgens hem hebben de meeste mensen geen idee hoezeer ze verstrikt zitten in eeuwenoude groeven en gedragspatronen. ‘De meeste mensen leven als robots,’ zegt hij. ‘Ze leven niet, maar worden geleefd door programmeringen die ze voortdurend aan elkaar doorgeven.’
Volgens hem heeft het geen enkele zin om deze groeven en patronen te benoemen of te analyseren, zoals in veel westerse therapievormen gebeurt: ‘Je kunt eindeloos graven in iemands verleden, maar in feite maakt het helemaal niets uit waar een probleem vandaan komt. Het enige wat van belang is, is dat de informatie wordt omarmd en wordt teruggegeven aan de Bron.’
Gelukkig kan iedereen deze techniek leren, aldus Len: ‘Het is niet moeilijk. Het belangrijkste is om stil te zijn en te luisteren. Hoe stiller je bent, hoe meer je kunt waarnemen. Hoe meer herinneringen en frequenties je kunt waarnemen, hoe meer verantwoordelijkheid je kunt nemen en hoe meer negatieve informatie je kunt wissen door deze terug te geven aan de Bron. Het belangrijkste uitgangspunt is verantwoordelijkheid nemen voor je omgeving en de atmosfeer. Mijn probleem is jouw probleem en andersom.’
Het gedachtegoed van Ho’oponopono vind je terug in de Gevonomie. Jouw probleem is mijn probleem, dus dragen en helpen we elkaar. Je leest hier meer over de grondslag van de Gevonomie.